In de trein deed ik de deur van de wc open en zag een oude
man staan plassen. Hij deed nooit de deur op slot, verklaarde hij even later
en was op weg naar een reünie van Bronbeek. De spoeling wordt dunner. Ik
ben de oudste. 96 antwoordde hij me desgevraagd. Hij zag er niet naar uit,
eerder een zeventiger. Tot zover de beschrijving van zo maar een
treinontmoeting. Nu een optekening van de rest van reisdag.
Een zaterdags mailtje van de ANWB
bracht me op het idee
de zondag er op Bronkhorst met een bezoek te vereren. Kleinste stadje
van Nederland, 157 inwoners. Er heen om een wandeling te maken vanuit
Dieren. Nu eens niet naar de Posbank, maar de andere kant op, de
IJssel over. Dan kon alleen met een pont en laat die nu juist vandaag
uit de vaart zijn. Uit 'arremoe' maar de richting van fietsknooppunt
93 op gelopen. Langs de Zutphense straatweg, die in het begin langs
mooie oude huizen liep, maar later veranderde in een vrij drukke
provinciale weg. Naar het westen afgeslagen en in gesprek geraakt met
een wandelend paar uit de buurt. Gewezen op een voormalige hooiberg,
die was omgebouwd tot vakantieverblijf, maar volgens de gemeente 30
cm te hoog werd. De aanpassingen kostten veel geld. 100 meter
verderop waren lelijke bedrijfshallen wel toegestaan. Onbegrip.
De goede raad opvolgend de route naar het fietsknooppunt
verlaten en koers gezet via een mooie binnenweg naar Brummen. Het was
kennelijk notentijd. Onderweg de rugzak gevuld met walnoten. En zo
voort in dat heerlijke weer dat oktober dit jaar kenmerkt. Verbaasd
over mezelf. Iets van 22 km gelopen. Voel de dag erna wel de
rechterheup, maar ja, zo genoten van deze wandeling.
Spoorlijnen worden steeds hinderlijker voor de
wandelaar. Veel onbewaakte overgangen zijn inmiddels afgesloten.
Om Bronkhorst te bereiken moest alsnog de rivier worden
overgestoken. Bij het vertrekpunt van de pont was een eenvoudige
uitspanning, maar ik had alles bij me. Ook het 'broodnodige' water.
Bronkhorst bleek nog een eindje lopen en na een kwartier
bereikte ik het plaatsje. Paar restaurants en winkeltjes, galerie
werden ze daar genoemd, met in mijn ogen prullaria. Overeenkomst met
Ootmarsum, waar ook dezelfde soort zaakjes voorkomen. Heel toeristisch
allemaal, maar ach ik deed er zelf die dag ook aan mee.
Langs uitgestrekte vlakke graslanden gewandeld naar
Zutphen. Opmerkelijk dat vele hiervan onmiddellijk grensden aan de
weg, zonder sloot of afrastering.
De zon bleef stralen, maar de wind nam toe. Zag
tegenliggers zwoegen op hun niet-elektrische fietsen. De IJssel maakt
voor Zutphen een bocht, zodat het leek of de toren in Zutphen niet
dichterbij kwam. Maar ik voelde, wonderlijk genoeg, geen
vermoeidheid.
In de buurt van Zutphen een stuk langs de rivier
gelopen. Onder een viaduct de stad binnengekomen. Nog een aardig eind
voordat het centrum was bereikt. Ik dacht Zutphen redelijk te kennen,
maar werd toch weer verrast door de schoonheid van het stadje.
Met de trein naar Zwolle en daar de vertrouwde overstap
om weer thuis te komen. Mezelf verwend met roti rund. Fout, fout,
fout.